Honderden mensen vormen kilometerslang erelint voor achthonderd slachtoffers van bombardement
Een kilometerslang lint van vele honderden mensen met lichtjes, overal koorzang en aangrijpende lichtprojecties.
De Brandgrenswandeling in het centrum van Nijmegen, aan de vooravond van de tachtigjarige herdenking van het bombardement van februari 1944, is indrukwekkend. Bij de Molenstraatkerk vormt zich woensdagavond al vroeg een lange rij wachtenden. Om 19.30 uur beginnen de klokken te luiden en gaan de deelnemers op weg.
De wandeling en het erelint roepen bij sommige bezoekers heftige emoties op. Zo raakt de verbeelding van de overvliegende bommenwerpers en het instorten van de Stevenstoren Nijmegenaren tachtig jaar later opnieuw.
Na de wederopbouw is de toren het symbool van de stad geworden voor trotse Nijmegenaren. Het doet weer pijn dat icoon verwoest te zien.
Mensen met fakkels op de Stevenskerkhof © Paul Rapp
Het geluid bij de projecties speelt daarbij een belangrijke rol. Het lieflijke gefluit van vogels dat overgaat in het angstaanjagende geronk van vliegtuigmotoren heeft een optimaal effect in de regenachtige duisternis in het stadscentrum. Na de projectie op de Stevenstoren klinkt spontaan applaus.
Voor lichtkunstenaar Jaap van der Elzen, die de animaties maakte, is deze eerste avond spannend. 24 uur eerder bij de generale repetitie was het een hele klus geweest om beeld en geluid synchroon te krijgen. ,,Na anderhalf uur proberen lukte het eindelijk. Vandaag loopt alles perfect.”
Spervuur van namen en leeftijden
Ingrijpend zijn de projecties van slachtoffers in de nauwe doorgang van de Emaushof, de corridor naast de entree van het Nijmeegse stadhuis. Terwijl de foto’s van de honderden doden op de muren verschijnen, oud, jong en heel jong, noemt een leeftijdgenoot uit Nijmegen naam en leeftijd van het slachtoffer. De portretten volgen elkaar snel op, worden deels tegelijkertijd geprojecteerd, waardoor een spervuur van namen en leeftijden klinkt. ,,Poeh, dit komt wel binnen”, zegt bezoeker Judith. Van der Elzen: ,,We hebben gekozen voor stemmen omdat het extra veel gevoel geeft.”
Twee vrouwen kijken naar een lichtprojectie ter ere van de herdenking van het bombardement op Nijmegen tachtig jaar geleden. © Paul Rapp
Een van de wandelaars onderweg is historicus Joost Rosendaal van de Radboud Universiteit, die in 2009 met een baanbrekend onderzoek naar het bombardement de keiharde conclusie velde: het was geen vergissing. Veertien Amerikaanse vliegtuigen vol met zware bommen kozen het spoorwegemplacement van Nijmegen als gelegenheidsdoel, omdat een missie naar het vliegveld van het Duitse Gotha en de aangrenzende Messerschmidt-fabriek was mislukt.
Bevestiging belangrijk voor nabestaanden
,,Op formulieren die de vliegeniers meteen na terugkeer invulden, staat dat duidelijk te lezen”, volgens Rosendaal. ,,Pas later deden ze net alsof ze dachten dat Nijmegen een Duitse stad was.” Dat was om te verbloemen dat Nijmegen niet gebombardeerd had mogen worden en de gevolgen desastreus waren: achthonderd doden en een totaal verwoest stadscentrum. ,,Voor nabestaanden was die bevestiging belangrijk.”
Rosendaal doet ook mee aan de wandeling omdat zijn moeder levendige herinneringen heeft aan die 22ste februari, tachtig jaar geleden. ,,Ze kwam uit school en liep naar haar huis aan de Ooyse dijk. Ze zag de vliegtuigen en vluchtte bij het Ooijse Schependom een huis in en voelde de grond trillen. Haar vriendin Annie de Vos was na school de stad ingegaan. Er is nooit meer iets van haar teruggevonden. Mijn oom Peter was 17 en liep op de Kelfkensbos waar een clusterbom viel. Hij schuilde in een portiek, maar zijn been stak uit. Daar heeft hij zijn hele leven scherven in gehad.”
De Lichtherinneringen zijn nog te zien tot en met zondagavond 25 februari van 19.30 tot 21.30 uur.
Artikel uit De Gelderlander 21-02-2024, door Geert Willems